Categorie archieven: Boekbespreking

In deze categorie vindt u boekbesprekingen (recensies) van nieuwe en oude prentenboeken.

Op Reis prentenboek

Auteur/ Illustrator: Aaron Becker;
Oorspronkelijke uitgave: Journey, CandleWick Press, 2013;
Uitgever Nederland: Brevier Uitgeverij, 2014;
40 pagina’s.

“Op Reis” van Aaron Becker is een prentenboek in de puurste vorm. De prenten vertellen het verhaal. Er wordt geen tekst gebruikt. Toch leest het boek als een verhaal dankzij de kundige indeling en opbouw van Becker. De prenten sluiten naadloos op elkaar aan en stimuleren de lezer om iedere bladzijde om te slaan. Het ontbreken van de tekst maakt het avontuur eigenlijk alleen maar spannender. Het is opvallend hoe goed dit boek zich leent om voorgelezen te worden. Het boek doet een beroep op de verbeeldingskracht van de lezer die iedere keer weer meer details zal ontdekken (en dat is nu juist wat kleine kinderen aantrekt in een prentenboek). Daardoor wordt het verhaal na een paar keer (voor)lezen eigenlijk steeds rijker en steeds net wat anders….

 De grote gedetailleerde pen en inkt illustraties zijn sfeervol opgebouwd in sepia tonen, waarbij alleen kleur wordt toegevoegd om het verhaal te vertellen. De combinatie met waterverf creëert een dromerige magische sfeer en dat sluit precies goed aan bij het verhaal…

Het verhaal van “op reis” (vatbaar voor meerdere interpretaties….)

Het verhaal begint eigenlijk al op de titelpagina waar een meisje op haar rode step over de stoep rijdt. De eerstvolgende overzichtstekening laat het meisje zien terwijl ze verveeld op het trappetje voor haar huis zit. Eenmaal binnen probeert ze de aandacht te trekken van haar moeder, vader en zus. Zij zijn echter te druk bezig om haar maar op te merken en ze trekt zich sip terug op haar kamer.

illustratie uit "Op Reis", Arron Becker, Brevier Uitgeverij 2014
illustratie uit “Op Reis”, Aaron Becker, Brevier Uitgeverij 2014

Dan ziet ze een rood krijtje liggen. Ze tekent met het rode krijtje een deur op de muur die haar in een sprookjesachtige wereld brengt. Ze reist door deze wereld en gebruikt het magische krijtje om haar avontuur voort te zetten. Ze vaart met een getekend rood bootje door een Venetiaans koninkrijk en vliegt met een getekende rode luchtballon tussen fantasierijke luchtschepen. Dan ziet ze een paarse vogel die gevangen wordt genomen door “oosterse krijgers”. Ze bevrijdt de vogel, maar verliest daarbij haar rode krijtje en wordt zelf gevangen genomen in een vogelkooi. De paarse vogel brengt haar rode krijtje terug en op een getekend rood vliegend tapijt ontsnapt ze. De paarse vogel brengt haar naar een paarse deur in een boom. Ze opent de deur en samen met de vogel komt ze terug in haar eigen wereld. Daar staat een jongetje met een paars krijtje die blij is zijn vogel terug te zien. Samen tekenen ze een fiets en het avontuur wordt vervolgd….Letterlijk, want in het voorjaar van 2015 komt er een vervolg van “Op reis” met de titel “Zoektocht”.

illustratie uit "Op Reis", Aaron Becker, Brevier Uitgeverij 2014
illustratie uit “Op Reis”, Aaron Becker, Brevier Uitgeverij 2014

Het gebruik van een krijtje om een eigen wereld te creëren is al eens eerder toegepast, namelijk in de boekenreeks van ‘Paultje en het paarse krijtje’ van Crockett Johnson. Misschien dus niet geheel origineel, maar wel op een zeer fraaie manier voortgezet. Het debuut van Aaron Becker, in de Verenigde Staten uitgegeven door Candlewick Press onder de titel “Journey”, kreeg dan ook terecht een eervolle Caldecott vermelding in 2013. In Nederland is “Op Reis” rond de Boekenweek 2014 uitgegeven door uitgeverij Brevier. Het boek sloot natuurlijk prachtig aan bij het boekweekthema “reizen”.

Zie hieronder een prachtig filmpje over Aaron Becker en zijn werk aan Op Reis.

De Krijtjes Staken !

De krijtjes staken

Auteur: Drew Daywalt;
Illustrator: Oliver Jeffers;
Oorspronkelijke uitgave: The day the crayons quit, Harper Collins, 2013;
Uitgever Nederland: Uitgeverij De Fontein, 2014
Vertaling: Koos Meinderts
Leeftijd: 2 t/m 8 jaar
40 pagina’s

 

 

Wat een juweeltje, dit prentenboek “de krijtjes staken!”, het debuut van schrijver Drew Daywalt (filmmaker) en geillustreerd door de gerenomeerde illustrator Oliver Jeffers. Het boek heeft terecht maanden op de eerste plek gestaan in de prentenboek bestseller lijst van de New York Times en was het beste kinderboek van Amazon in 2013. Inmiddels staat het boek in de Prentenboek Top10 van de Prentenboek van het jaar in 2016.

De tekst, vormgeving, typografie en de tekeningen vallen op een bijzondere manier helemaal samen. Alles klopt aan dit boek. De typografie is zo gebruikt dat het net zo lijkt alsof het krijtje zelf de zinnen geschreven heeft. Aangevuld met de vrolijke en levendige tekeningen die Teun ooit heeft gemaakt met het bewuste krijtje. De tekeningen zijn dus tekeningen van een 6/8 jaar oud jongetje. Een fantastische originele vondst. Een prachtig prentenboek over emoties, kleuren leren, tekenen en creativiteit.

Illustratie uit "de krijtjes staken", Oliver Jeffers
Illustratie uit “de krijtjes staken”, Oliver Jeffers, 2013, De Fontein.

De kleurenkrijtjes vertellen het verhaal waar het jongetje Teun de hoofdrol in speelt. Het probleem… de krijtjes van Teun staken… net op het moment dat Teun mag gaan tekenen in de klas. In plaats van zijn krijtjes vindt Teun een stapel met brieven die aan hem zijn gericht. In de brieven vertellen de krijtjes rood, paars, beige, grijs, wit, black, groen, geel, oranje, blauw, roze en perzik waarom ze “staken”. Ze vertellen eigenlijk op een openhartige, emotionele en humoristische wijze hun problemen aan Teun.

Illustratie uit "de krijtjes staken", Oliver Jeffers, 2013, De Fontein.
Drew Daywalt, Oliver Jeffers, 2013, De Fontein.

Zo vindt het rode krijtje dat hij veel te hard moet werken, zelfs in de vakantie. Hij heeft rust nodig. Terwijl het roze krijtje juist meer gebruikt wil worden. Het zwarte krijtje vindt het niet leuk dat hij alleen gebruikt wordt voor de lijntjes. De krijtjes geel en oranje zijn weer boos op elkaar omdat ze allebei vinden dat zij de kleur van de zon zijn. Teun wil kleuren en wil dat zijn krijtjes gelukkig zijn. Uiteindelijk vindt Teun de oplossing in een tekening die hij zelf maakt!

Een voorproefje van het prentenboek.

Leuk filmpje over het werk van illustrator Oliver Jeffers.

Vervolg op de krijtjes staken

In mei 2016 is het vervolg op “de krijtjes staken”, met de titel “de groeten van de krijtjes” verschenen.  Ook in dit vervolg krijgt Teun ansichtkaarten van ontevreden krijtjes die zijn achtergelaten. Hoe gaat Teun dit oplossen….? In 2017 kwam het prentenboek “Kleuren met de krijtjes” uit.

Elmer – Een succesvol kleurrijk olifantje

Cover Elmer

Auteur: David Mckee
Illustrator: David Mckee
Oorspronkelijke uitgave: Elmer the patchwork elephant, McGraw-Hill en Dobson, 1968; Andersen Press Londen, 1989
Uitgever Nederland: Kitt/Unieboek, 1989
Vertaling: Martine Schaap
Leeftijd: 2 t/m 8 jaar
32 pagina’s

De meeste mensen zullen dit kleurrijke olifantje wel eens hebben gezien. Elmer (the colourful patchwork elephant) zag in 1968 het licht, maar is sinds zijn herintroductie in 1989 en de succesvolle marketing en merchandising echt heel populair geworden. Er bestaat inmiddels een hele serie prentenboeken met de kleurrijke olifant in de hoofdrol en waarvan er totaal 5 miljoen exemplaren wereldwijd verkocht zijn (o.a. “Elmer en de walvissen” en “Elmer en Super Fant”). Het origineel “Elmer” blijft met 2 miljoen wereldwijd verkochte exemplaren het meest populair. Een succesvol olifantje dus.

Het is ook een prachtig voorbeeld van een klassiek opgezet prentenboek. Tekst en prenten vullen elkaar uitstekend aan. Er is veel te zien op de illustraties. 32 pagina’s vol prachtige vrolijke kleurenprenten. De kleuren spatten van het papier! Prachtige grafische vormen en typografie! Een kort humoristisch verhaal dat kinderen (en volwassen) zal aanspreken. Maar het is bovenal Elmer die de show steelt, een schattige olifant gekleurd als lappendeken in de kleuren geel, oranje, roze, rood, paars, blauw, groen, zwart en wit (Mckee is in zijn illustraties geinspireerd door de kunstenaar Paul Klee). De olifant (en het boek) heeft een vrolijk, humoristisch en optimistisch karakter.

Het verhaal

Elmer leeft in een kudde olifanten, oude en jonge, dikke en dunne, allemaal verschillend, maar allemaal grijs. Elmer is de enige veelkleurige olifant. Elmer houdt de andere olifanten graag voor de gek en maakt graag lol. Hij is de grapjas van de kudde. Op een dag heeft Elmer er genoeg van om anders te zijn dan de andere olifanten. “Geen wonder dat ze me uitlachen”. Met behulp van “olifantgrijze bessen” verft Elmer zich helemaal grijs zodat hij er net als de andere olifanten uitziet. De andere dieren en olifanten herkennen Elmer dan ook niet meer. Na een tijdje vindt Elmer het toch een beetje saai en hij besluit de andere olifanten te foppen. De olifanten kijken verdwaasd rond, “dat moet Elmer zijn”, zeggen ze. En terwijl ze opgewekt lachen, spoelt de regen de grijze kleur van Elmer af. “Zijn ware kleur komt weer tevoorschijn”. De olifanten besluiten ten slotte deze speciale dag te ieder jaar te vieren. Op deze dag beschilderen de olifanten zich in alle kleuren van de regenboog. En Elmer… die mag zich op deze dag vermommen door zichzelf grijs te verven.

Illustratie uit Elmer (Mckee - van Goor 1989)
Illustratie uit Elmer (David Mckee – van Goor 1989)
De moraal van Elmer: blijf wie je bent en iedereen is uniek!

Elmer leent zich uitstekend als lesmateriaal voor zowel jonge als oudere kinderen. De verschillende vormen en kleuren zijn met peuters en kleuters te benoemen. Er zijn op het internet veel kleurplaten en andere werkvormen met Elmer te vinden. De thema’s diversiteit en “blijf wie je bent/ wees tevreden met jezelf/anders zijn is niet erg” zijn met behulp van dit prentenboek uitstekend uit te leggen.

Tip: video van David Mckee vertelt over zelf over zijn werk (Engels)

De Gruffalo

Gruffalo omslag

 

Auteur: Julia Donaldson
Illustrator: Axel Scheffler
Oorspronkelijke uitgave: The Gruffalo, Macmillan, 1999
Uitgever Nederland: Lemniscaat, 1999
Leeftijd: vanaf ca. 4 jaar
32 pagina’s
Bekroond met: Smarties Gold Medal Award for picture books (1999) en the Blue Peter Award for The Best Book to Read Aloud (2000).

Hoewel het prentenboek in 1999 voor het eerst is uitgegeven is het inmiddels al een klassieker te noemen. Het is commercieel gezien één van de meest succesvolle prentenboeken aller tijden. Meer dan 10 miljoen exemplaren zijn er wereldwijd van verkocht. Het boek is inmiddels verfilmd en kent een eveneens succesvol vervolg “Het kind van de Gruffalo” (ook verfilmd). Daarnaast zijn er diverse Gruffalo artikelen te koop (het beest heeft een eigen website!). Van pluche beesten, tot rugzakken, van puzzels tot broodtrommels. De Gruffalo is here to stay!

Wat verklaart nou dat succes? Zoals bij de meeste succesvolle prentenboeken is dat met name de wijze waarop de treffende illustraties en het originele verhaal samenvloeien. Het verhaal verveeld niet snel, er is genoeg te ontdekken in tekst en tekening. Het verhaal is bovendien op rijm gezet (aabb) en de tekst kent een aantal slimme herhalingen waardoor het geheel nog beter blijft hangen. Uiteraard komt de rijm in het Engels beter zijn recht, maar ook in het Nederlands blijft de rijm overeind. De kleurrijke aantrekkelijke illustraties zijn gemaakt met kleurpotlood, inkt en waterverf. En ja, inderdaad, een Gruffalo, ziet er zo uit… Als je niet beter zou weten zou je hem zo in het wild tegen kunnen komen. Echt angstaanjagend is hij trouwens niet, eerder lomp en grappig. Voeg daarbij de humor, de spanning, de fantasie en herhaling in tekst en tekening en je hebt een prentenboek dat nog lang verkocht zal gaan worden.

Het verhaal
Het verhaal gaat over een muisje dat achtereenvolgens een vos, een uil en een slang ontmoet. Alledrie proberen ze het muisje te lokken om hem uiteindelijk op te eten. Echter, het pientere muisje verzint een imaginair angstaanjagend beest: de Gruffalo, waar hij al bij gaat eten. Hier schrikt hij zijn vijanden mee af. Maar dan ontmoet hij de Gruffalo echt! Ook hij wil het muisje opeten. “Ho, ho riep de muis, nu maak je een fout, ik ben het gevaarlijkste dier van het woud”. En om zijn woorden kracht bij te zetten neemt hij de Gruffalo mee naar de slang, de uil en de vos. Die schrikken zich natuurlijk een hoedje van de echte Gruffalo. Echter, de Gruffalo denkt dat ze van de muis schrikken en als muis zegt dat hij wel zin heeft in Gruffalo-tartaar druipt hij maar af. Wie niet sterk is, moet slim zijn!  Enige uitleg kan wel noodzakelijk zijn bij jonge kinderen om de clou te kunnen snappen.

Er is inmiddels ook een leuk en succesvol vervolg op de “Gruffalo” verschenen: “Het kind van de Gruffalo”.

Max en de Maximonsters

Auteur: Maurice Sendak  Illustrator: Maurice Sendak
Oorspronkelijke uitgave: 1963, Harper & Row
Oorspronkelijke titel: Where the wild things are
Uitgever Nederland: Lemniscaat 1968
40 pagina’s
Vanaf ca. 4 jaar
Bekroond met: Caldecott Medal 1964

Dit klassieke prentenboek wordt nog steeds uitgegeven en is te verkrijgen in de meeste (online) boekwinkels.  En terecht. Max en de Maximonsters blijft een prachtig verhaal met schitterende kleurenillustraties gemaakt met pen en inkt. Een schoolvoorbeeld van hoe je een prentenboek maakt. Het verhaal en de prenten sluiten naadloos op elkaar aan en vormen een prachtig geheel. Het is bijna kunst….

Voor degenen die het verhaal niet kennen. Het gaat over een jongetje Max die, verkleed in zijn wolvenpakje, thuis kattenkwaad uithaalt. Als hij ook nog brutaal is stuurt zijn moeder hem zonder eten naar bed. Boven op zijn kamer verandert de wereld van Max in een fantasiewereld. Bomen groeien in zijn kamer en “de zee kwam aanrollen met een eigen boot voor Max.” Met zijn bootje zeilt Max naar een eiland waar de Maximonsters wonen. Max wordt koning van de Maximonsters en hij viert feest met ze. Totdat hij zich toch wat eenzaam voelt….Hij verlangt naar een plek waar iemand heel veel van hem houdt…. Hij ruikt een heerlijke geur en vaart terug naar huis.. Eenmaal thuis staat er bord eten voor hem klaar… en het is nog warm ook….

Illustratie uit Max en de Maximonsters.
Illustratie uit Max en de Maximonsters. © M. Sendak. Lemniscaat

Hoewel de achterliggende betekenis van het verhaal bij de meeste kinderen niet direct binnen zal komen, is het ook voor jonge kinderen een intrigerend prentenboek. Met name de kundige wisselwerking tussen de realiteit en de fantasiewereld en natuurlijk de interactie met de “angstaanjagende” Maximonsters zal tot de verbeelding spreken. Dat Max in werkelijkheid met zijn boze gevoelens probeert om te gaan is natuurlijk goed uit leggen aan kinderen. Let wel, de Maximonsters zien er wel degelijk best wel eng uit. Dit zal veel kinderen aantrekken, maar voor sommigen zal het te eng zijn. Het boek betekende een ommekeer in de prentenboekwereld. Prentenboeken hoeven namelijk niet altijd “zoet” te zijn om een boodschap te verpakken en gaan uit van de eigen denkkracht van het kind. En dat is een succes gebleken…Wereldwijd zijn er circa 20 miljoen exemplaren van Max en de Maximonsters verkocht. Het boek is tevens verfilmd.